Gevaarsignalen

123 kinderen. Geeft aan dat er vaak kinderen op de rijbaan te verwachten zijn. Kinderen gedragen zich vaak onvoorspelbaar. De bestuurder van het voertuig moet een signaal geven en de snelheid matigen of zo nodig stopzetten als er zich onoplettende kinderen op of vlak naast de weg bevinden. Het signaal wordt geplaatst in gebieden rond schoolgebouwen, speelplaatsen en dergelijke.

124 Overstekend hert. Spel is te verwachten op de weg. De bestuurder moet onmiddellijk de koplampen uitschakelen als er wild in de koplampen verschijnt.

125 dieren. Waarschuwt voor onbeheerde dieren op de weg. Hier geeft het diersymbool aan om welk soort dier het hoofdzakelijk gaat. Het signaal wordt geplaatst in begrazingsgebieden die niet hoeven te worden omheind. Het is ook gelegen aan hoofdwegen met veel veeverkeer.

126 Aankomend verkeer. Waarschuwt voor tegemoetkomend verkeer, het signaal staat stil:

a) Op autosnelwegen waar één rijstrook gereserveerd is voor tegemoetkomend verkeer. (b.v. door ongelukken of bouwwerkzaamheden op de tegenliggersstrook).
b) Aan het begin van een autoweg indien deze een autosnelweg volgt.
c) Aan het einde van eenrichtingsstraten, indien een route met tweerichtingsverkeer volgt.