Regels voor het rijden

15 De een achter de ander rijden

Wanneer achter elkaar wordt gereden, moet voldoende afstand worden gehouden, zodat tijdig kan worden gestopt, ook wanneer het voorste voertuig plotseling remt. Abrupt remmen en stoppen is alleen toegestaan in noodgevallen en wanneer er geen voertuig volgt.

Kop-staartbotsingen zijn een van de meest voorkomende oorzaken van ongevallen op de autosnelwegen en autowegen in Zwitserland. Meestal gebeuren kop-staartbotsingen omdat er geen veilige afstand wordt bewaard of omdat men niet oplet.

De vuistregel voor voldoende afstand onder normale omstandigheden is de "halve snelheidsmeter". De afstand moet half zo veel meter zijn als de snelheid in km/h. In termen van tijd, moet je ongeveer 2 seconden achter de voorligger blijven. Om de afstand te bewaren "21, 22" worden geteld (je hebt hier ongeveer 2 seconden voor nodig).

De afstand moet worden vergroot als de bestuurder voor u onveilig rijdt (bv. door te leren rijden) en bij slechte weg- en zichtomstandigheden (bv. als de weg nat, besneeuwd of beijzeld is of bij dichte mist).

Als het verkeer vertraagt, mag u niet stoppen op zebrapaden en op kruispunten mag u niet stoppen op de rijbaan voor kruisend verkeer.